Utrecht & Flevoland

‘Blijvend werken aan zichtbaarheid’

In 2020 slaagde de Cliëntenraad Utrecht & Flevoland er tegen alle (corona)trends in nog in om iedereen binnenboord te houden. Maar vorig jaar sloeg het verloop toch ook bij deze raad toe, en halveerde het aantal leden tot zes. Onder meer omdat het erg moeilijk bleek om nieuwe leden te werven, vertelt raadslid Arie Bravenboer uit Veenendaal aan Else te Brake, lid van het redactieoverleg. Maar die nieuwkomers waren nodig omdat er ook veel mensen afhaakten. Vooral door het gebrek aan persoonlijk contact, denkt Arie. ‘Het was een enorme klus om online met elkaar in verbinding te blijven. Ik hoop dat het nu voor lange tijd gewoon blijft. Dan kunnen we weer echt gaan bouwen.’

Arie is inmiddels ruim drie jaar lid van de cliëntenraad en coördinator van de commissie SMZ. ‘Ik had al ervaring in de cliëntenraad van een ziekenhuis, en ik vind cliëntenparticipatie als gegeven heel interessant. Ik dacht dat er bij UWV op dat vlak wel het een ander te doen zou zijn, en daarom heb ik gesolliciteerd. En er is inderdaad wat te doen. Ik heb best wel kritiek op zaken, maar in de cliëntenraad probeer je daar ook iets mee te bereiken. De kans dat dat lukt is in de raad groter dan wanneer je alleen maar vanaf de kant dingen roept.’ 

‘Ik heb best wel kritiek op zaken, maar in de cliëntenraad probeer je daar ook iets mee te bereiken’

Arie Bravenboer, Utrecht & Flevoland

Arie Bravenboer, Utrecht & Flevoland

Else wil van Arie weten of hij denkt dat het grote verloop van afgelopen jaar alleen door corona komt, of dat er ook andere oorzaken zijn. De ontwikkelingen van de afgelopen twee jaar spelen zeker de hoofdrol, zegt Arie, maar er is meer. ‘Ik zit ook in andere cliëntenraden, en daar is het net zo mager. Er zijn momenteel kennelijk maar weinig mensen die tijd hebben om in zo’n raad te gaan zitten, en die het leuk vinden. We zijn nu dan wel met een kleine groep, maar we werken hard en we redden het nog. Maar ik hoop wel dat er gauw nieuwe mensen komen.’ 

Informeel contact was altijd belangrijk 

Else vertelt Arie dat ze elders hoort en zelf merkt dat cliëntenparticipatie het afgelopen jaar is veranderd. Heeft hij dat ook ervaren, vraagt ze. ‘Zeker’, zegt Arie. ‘En niet alleen omdat we elkaar voor het werk alleen op een beeldscherm ontmoetten, maar juist ook omdat er daarbuiten geen informeel contact was. Zoals een keer met elkaar gaan eten. Dat is altijd belangrijk geweest voor de betrokkenheid en de levendigheid. En dat is in 2021 langzaam allemaal nog wat minder geworden dan in 2020.’ 

Of UWV daar nog iets aan had kunnen doen, vraagt Else. Arie heeft wel wat steun uit die hoek ervaren, zegt hij, maar de raad heeft toch het meeste zelf moeten doen. Ook het zo belangrijke contact onderhouden met de mensen voor wie hij eigenlijk in de raad zit; de cliënten van UWV. ‘We konden voorheen altijd op het plein van het Werkbedrijf zitten en met mensen praten over de dingen waar ze tegenaan lopen, en waar we ze als raad mee zouden kunnen helpen. En daar konden we ze ook één op één vragen of ze geen lid van de raad wilden worden. Dat was er nu ook niet bij.’ 

Alleen samenwerken bij meerwaarde 

Er schijnen plannen te zijn voor samenwerking tussen Utrecht & Flevoland en Elses eigen cliëntenraad, die voor Den Haag & Leiden, zegt Else. Weet Arie daar soms iets meer van? Hij heeft er wel iets over gehoord, maar dat was weinig concreet. Arie ziet het bovendien alleen zitten als het meerwaarde biedt. ‘Niet alleen samenwerken om samen te werken dus.’ Vindt hij het dan misschien een idee om bijvoorbeeld inhoudelijke expertise tussen commissies te bundelen? Om zo kennis van andere raden te gebruiken en elkaar te versterken. ‘Dat klinkt als een goed plan’, zegt Arie. ‘We moeten misschien eens gaan kijken hoe we dat samen zouden kunnen aanpakken.’ 

Arie hoopt verder dat de klanten van UWV komend jaar nóg serieuzer worden genomen, en daarmee dus ook de cliëntenraden. ‘Er gebeurt al veel goeds, maar het kan nog beter. Dat zou ik echt een belangrijke verbetering vinden.’ Moeten de reglementen daarvoor dan niet worden aangepast, wil Else weten. Zodat de raden standaard móeten worden betrokken bij belangrijke beslissingen voor cliënten, en niet slechts facultatief. ‘Eigenlijk is het inderdaad raar dat dat nog altijd niet goed is geregeld’, antwoordt Arie. ‘Bij andere cliëntenraden wel, zoals bij de raad van het ziekenhuis waar ik lid van ben. Daar is dat allemaal prima voor elkaar. Wat dat betreft loopt UWV een beetje achter. Dat zouden ze wel serieuzer kunnen nemen.’ 

Serieus genomen worden als motto voor 2022 

Serieus genomen worden. Is dat Aries motto voor 2022, vraagt Else. ‘Zeker!’, zegt Arie overtuigd. En moeten jullie dat zelf bevechten of kan dat uit het UWV komen, wil Else weten. Arie: ‘Misschien moeten we ze een handje helpen. Een beginnetje maken alvast. Ik weet nog niet hoe, maar via de adviseurs misschien? We hebben hier net een nieuwe adviseur, dus wie weet. Want nieuwe mensen willen vaak toch ook wel hun persoonlijke stempel op dingen drukken.’ 

De raden doen er daarbij goed aan om blijvend aan hun zichtbaarheid te werken, vinden Arie en Else, zelfs al is daar al een paar jaar aan gewerkt door de landelijke werkgroep promotie. ‘Bekendheid is altijd een goed idee’, zegt Arie. ‘Voor ik solliciteerde naar mijn plaats was ik ook niet echt op de hoogte van wat een cliëntenraad doet en hoe het allemaal werkt. Pas toen ik die vacature zag ben ik me daarin gaan verdiepen. Ik denk dat een heleboel mensen inderdaad niet weten dat er een raad is en wat die allemaal kan betekenen. En al helemaal niet dat zij er ook in kunnen zitten en zo kunnen opkomen voor de belangen van cliënten.’